Verdrinking is een stille en vaak onbegrepen noodsituatie die binnen enkele seconden kan plaatsvinden. Het is wereldwijd de derde doodsoorzaak, vooral bij jonge kinderen. Direct handelen kan het verschil maken tussen leven en dood.
Verdrinking wordt gedefinieerd als ademhalingsproblemen door (gedeeltelijke) onderdompeling in een vloeistof. Elk geval van verdrinking is anders en volgt een unieke keten van gebeurtenissen. Verdrinking kan bijvoorbeeld het gevolg zijn van een gezondheidstoestand waardoor een bestuurder de controle over zijn auto verliest, waardoor het voertuig van de weg raakt en in het water terechtkomt. Ook kan iemand tijdens watersport uitgeput raken door onverwachte omstandigheden. Dit kan leiden tot bewusteloosheid en onderdompeling.
Verdrinking kan onmiddellijk zijn wanneer het slachtoffer dood uit het water wordt gehaald. In dat geval helpt reanimatie niet meer. Of het kan uitgesteld optreden, waarbij het slachtoffer bij bewustzijn komt na de redding, maar later alsnog overlijdt als gevolg van complicaties door ingeademd water. [Noot van de redactie: vroeger werd dit ‘vertraagde verdrinking’ of ‘secundaire verdrinking’ genoemd, maar tegenwoordig wordt het gewoon beschouwd als een vorm van verdrinking].
Hoewel we allemaal bekend zijn met het beeld van iemand die in het water spettert en om hulp schreeuwt, kan het zijn dat iemand die verdrinkt niet om hulp kan roepen. Verdrinking gebeurt vaak in stilte, terwijl het slachtoffer worstelt om te blijven drijven. Het slachtoffer probeert te ademen terwijl hij boven water probeert te blijven. Snelle herkenning en actie zijn daarom cruciaal voor een succesvolle redding.
Dit is wat cursisten moeten weten en onthouden.
De keten van overleven bij verdrinking
1. Let op de volgende symptomen/tekenen:
- Hoofd achterover gekanteld met mond open. Het slachtoffer heeft moeite om boven water te blijven.
- De ogen zijn wijd open, niet-gefocust of glazig.
- Het slachtoffer hapt naar lucht of kan niet normaal ademen.
- Zwaaiende armen of grijpbewegingen om te blijven drijven.
- Niet kunnen bewegen of zeer langzame bewegingen in het water.
Als je getuige bent van een van deze tekenen, handel dan onmiddellijk. Maar, zoals bij alle reddingsacties, zorg eerst voor je eigen veiligheid voordat je probeert te helpen.
2. Voorkom verdrinking! Dit omvat maatregelen zoals kinderen leren zwemmen en hen waterveiligheid bijbrengen, het gebruik van obstakels (hekjes) rond zwembaden . Houd altijd toezicht op kinderen bij water. Beoordeel de wateromstandigheden voordat je erin gaat. Zorg voor drijfmiddelen met lijnen en andere reddingsmiddelen zoals AED’s. Zorg dat deze middelen duidelijk zichtbaar en direct beschikbaar zijn.
3. Herken nood en verleen hulp. Verdrinking is een medisch noodgeval en moet als zodanig worden behandeld. Vraag iemand om de ambulance te bellen en een defibrillator mee te nemen terwijl jij of anderen hulp verlenen aan het slachtoffer.
4. Help het slachtoffer aan drijfvermogen om onderdompeling te voorkomen:
- Reik vanuit een stabiele positie naar het slachtoffer en trek hem in veiligheid.
- Als ze net buiten bereik zijn, steek dan een lang voorwerp (roeispaan, tak – alles wat lang en sterk genoeg is) uit als ze het kunnen vastpakken. Of gebruik een reddingshaak om ze naar binnen te trekken.
- Als je niet kunt reiken, gooi dan een drijfmiddel zoals een reddingsvest, een ringboei of een geïmproviseerd hulpmiddel (bijvoorbeeld een verzegelde, lege plastic fles – alles wat licht en drijvend is en waaraan je je kunt vasthouden).
- Als je het water in moet en je bent getraind om dat te doen, benader het slachtoffer dan van achteren.
5. Haal het slachtoffer uit het water en geef hem de nodige zorg aan de hand van de zorgverleningscyclus. Vervoer hem naar de eerste hulp:
- Controleer AB-CABS en volg de juiste stappen.
- Als de patiënt niet reageert en niet ademt, open dan de luchtweg en geef vijf eerste beademingen.
- Een eerste ademhalingsstilstand kan leiden tot een hartstilstand door ernstige hypoxemie. Blijf daarom de zorgverleningscyclus volgen en begin met reanimeren.
- Wees je ervan bewust dat veel drenkelingen overgeven, dus wees er klaar voor om ze op hun zij te rollen om hun luchtweg vrij te maken.
- Als de patiënt begint te reageren – de ogen opent, normaal begint te ademen, geluid maakt of hoest – stop dan onmiddellijk met de beademing en hartmassage. Begin het slachtoffer te behandelen voor onderkoeling (zie hieronder).
- Als de patiënt bewusteloos is maar wel ademt, leg hem dan in de stabiele zijligging, met het hoofd lager dan het lichaam.
- Verdrinking kan vertraagde complicaties veroorzaken doordat water uren na het incident in de longen wordt ingeademd. Het kan darom nog steeds dodelijk zijn. Zoek dus altijd medische hulp, zelfs als het slachtoffer volledig hersteld lijkt te zijn.
6. Houd de patiënt warm. Drenkelingen lopen het risico op onderkoeling, zelfs als het water niet bijzonder koud is. Verwijder natte kleren en zorg voor droge kleren, handdoeken, dekens, jassen, enz. Zelfs je eigen lichaamswarmte kan helpen om het slachtoffer warm te houden totdat medische hulp arriveert.
Waarom eerst beademen?
Bij een hartstilstand boven water is er normaal nog veel zuurstof in het lichaam. Deze kan worden rondgepompt met borstcompressies tijdens reanimatie. Bij verdrinking is er juist een tekort aan zuurstof (hypoxie) door onderdompeling, die kan leiden tot ademhalingsstilstand. Langdurige onderdompeling kan de normale zuurstofvoorraad van het lichaam uitputten. Borstcompressies alleen zijn dan niet voldoende, omdat dit simpelweg zuurstofarm bloed rondpompt.
Bij een drenkeling kan het direct beademen leiden tot levenstekenen. Compressies zijn dan mogelijk niet nodig. Patiënten die alleen aan ademhalingsstilstand lijden, hebben meer dan 90 procent overlevingskans met beademingen. Deze kunnen daarom levensreddend zijn, wat de vijf eerste reddingsademhalingen cruciaal maakt bij verdrinking. Ze krijgen zelfs voorrang boven het gebruik van een AED. De AED (en compressies) zijn belangrijk als de patiënt niet reageert op reddingsademhalingen. Dat wijst namelijk op een hartstilstand. De AED kan effectief zijn bij het herstellen van een normaal hartritme. Dit geldt als het hart in ventrikelfibrillatie is en een schokbaar ritme heeft.
Onderdompeling versus gedeeltelijke onderdompeling
De hoeveelheid zuurstof in het lichaam en de conditie van het hart hangen af van het type verdrinking.
Onderdompeling betekent dat de luchtweg onder water is en er geen toegang is tot frisse lucht.
- Langdurige onderdompeling leidt tot zuurstoftekort en verzuring van het lichaam. Dit kan dan hartritmestoornissen veroorzaken, mogelijk met een steeds ernstiger verloop. Het begint met tachycardie (snelle hartslag door stress). Daarna volgt bradycardie (vertraagde hartslag door de zoogdierduikreflex). Dit is een poging van het lichaam om zuurstof te besparen en te herverdelen. De zuurstof gaat dan naar de vitale organen. Dan volgt PEA (elektrische activiteit zonder hartslag, en niet schokbaar met AED). Tenslotte treedt asystolie op (volledige stilstand van hartactiviteit).
- Onderdompeling in koud water kan deze effecten versterken omdat dit namelijk ook hartritmestoornissen kan veroorzaken.
- Eerste hulp moet gericht zijn op het snel uit het water halen van het slachtoffer. Beoordeel of het slachtoffer ademt en geef vijf beademingen. Begin indien nodig met reanimatie.
Gedeeltelijke onderdompeling betekent over het algemeen dat de mond en neus boven water blijven, maar dat het grootste deel van het lichaam onder water is,. Dit kan leiden tot onderkoeling.
- Gedeeltelijke onderdompeling in koud water kan de lichaamstemperatuur snel verlagen. Dit veroorzaakt onderkoeling. Onderkoeling bij gedeeltelijke onderdompeling kan resulteren in verdrinking na enige tijd. Dit gebeurt doordat het slachtoffer niet meer kan blijven drijven.
- Onderkoeling door zeer koud water kan resulteren in overleving na langdurige onderdompeling vanwege de vertraagde hartslag. Dit in plaats van dat er ventrikelfibrillatie optreedt.
- Koud water kan de koudeschokrespons triggeren (verhoogde ademhaling en hartslag). Ook de zoogdierduikreflex treedt op (tragere hartslag bij onderdompeling van het gezicht). Deze reacties kunnen verwarde hartritmes veroorzaken en mogelijk leiden tot hartritmestoornissen.
- Een reflex die kan voorkomen dat er water in de longen komt, laryngospasme, kan ook leiden tot verstikking als het aanhoudt.
- Eerste hulp moet gericht zijn op het snel uit het water halen van het slachtoffer. Beoordeel of het slachtoffer ademt en geef vijf beademingen. Begin indien nodig met reanimatie en AED. Als de patiënt bewusteloos is maar ademt, leg hem dan in de stabiele zijligging.
Verdrinking is een tragische gebeurtenis, maar snelle en effectieve eerste hulp kan levens redden. De basisprincipes van redding en reanimatie kennen geeft je cursisten gereedschap voor noodsituaties. Geef altijd prioriteit aan de veiligheid van de redder, roep hulp in. Wees voorbereid om snel te handelen. Snelle acties kunnen het verschil maken tussen leven en dood voor het slachtoffer. Voeg deze procedures daarom toe aan je EFR®-cursussen.